Door Matthijs Hoe
Rijnsburg - Met het ijzergekletter van tegen elkaar botsende wagentjes komt een bloementrein tot stilstand. “Aan de kant”, armzwaait de bestuurder van een elektrische palletwagen die rakelings langs de opstopping manoeuvreert. Tevergeefs lopen witte verkeersstrepen door de honderden meters lange gang van de bloemenveiling in Rijnsburg. De werknemers van Flora Holland sjezen continu haastig langs elkaar heen, lange ritsen bloemenkarretjes achter zich voortslepend.
In de karretjes van de Nederlandse bloemenveilingen staan veel uit Afrika geïmporteerde bloemen. Kenia neemt 35 procent van de wereldwijde bloemenproductie voor zijn rekening. Veel Nederlandse telers verplaatsten de afgelopen twintig jaar hun rozenproductie naar het Afrikaanse continent. Met de evenaar die het land doorkruist heeft het land een ideaal klimaat voor de bloementeelt. Richard Kneppers behoort tot die groep. Samen met zijn broer Jack startte hij in 2003 een rozenkwekerij met 630 werknemers in Naivasha, de regio waar de meeste Nederlandse telers zitten. Zelf verzorgt de Zuid Hollander de verkoop op de Flora Hollandvestiging in Rijnsburg terwijl zijn broer de rozenkwekerij in Kenia leidt. Zijn familie is al decennia betrokken bij het veilingbedrijf, vertelt hij in zijn bedrijfskantine. “Maar, dat kan wel eens veranderen de komende vijf jaar”, waarschuwt hij. “Op dit moment brengt de directe verkoop zonder tussenkomst van de veiling nog te veel risico’s met zich mee, maar wanneer de logistiek verbetert in Kenia dan kan het best zijn dat we voor een deel de veiling overslaan en zelf exporteren naar klanten in Rusland.” Ook Peter Bouma, gebiedsmanager Afrika van Flora Holland, beseft dat terdege: “Je ziet dat kwekers uit kostenoverwegingen liever direct naar Moskou vervoeren dan via de Nederlandse veilingen.”
Nederland verdient goed aan de Afrikaanse bloemen. Volgens Flora Holland, dat in Nederland een monopoliepositie bezit, danken 250.000 Nederlanders direct of indirect hun baan aan de bloemensector. Ongeveer een kwart van de inkomsten verdient de veiling aan de doorvoer van geïmporteerde producten naar andere Europese landen. “Ik ken een Portugese inkoper die zijn waren in eigen land kan krijgen”, vertelt Bouma. Toch komt hij naar Nederland omdat hier alles op één plek samenkomt.”
Verwelkte bloemen
Alles staat of valt in de bloemenhandel met de logistiek. Op Valentijnsdag haalt de bloemensector doorgaans de hoogste omzetten. Dit jaar lagen de prijzen echter erg laag door het carnaval. Daarbij kwamen ook nog problemen met het bloementransport van Afrika naar Nederland. Verschillende vrachten kwamen te laat waardoor de sierbloemen compleet verwelkt aankwamen. Later gooide de aswolk roet in het eten. Vliegtuigen namen de wijk via Oost Europa. Het internationale transport ziet Kneppers als een van de nadelen van werken in Afrika. “De kosten daarvan zijn nog tot daar aan toe, maar het is niet altijd op tijd. Je gaat natuurlijk met een vliegtuig, en als er een kapot is dan kun je de bloemen niet uitvliegen. Laatst reed een 747 over een wagentje op de landingsbaan. Het vliegtuig was in orde, maar je staat er wel mooi vier dagen te kijken met je lading bloemen.“
Voorlopig verkoopt hij dan ook via de veiling in Nederland. “Je hebt met een versproduct te maken. Dit spul kan je maximaal twee á drie dagen in de cel laten staan, maar dan moet het snel wegwezen. En daar zit het nadeel van directe verkoop. Het ene moment heb je teveel en het andere moment te weinig. Omdat hier alles bijeenkomt is het in balans.”
Toch ziet hij toekomst in de directe verkoop. “De Keniaanse overheid investeert enorm om de luchthavens te verbeteren. Logistiek gezien wordt het steeds interessanter om je producten rechtstreeks naar je klanten in Duitsland of Rusland te brengen.”
Flora Holland neemt die trend onder de rosefarmers ook waar en speelt er al op in met nieuwe diensten. De veiling verkoopt niet meer alleen via de veilingklok, maar treedt ook op als bemiddelingsorganisatie voor directe verkoop. De bloemen hoeven dan niet eerst naar Nederland om ze van hieruit naar andere Europese landen te brengen. In 2008 maakten 71 kwekers hier gebruik van en het vorige jaar 117. Volgens Peter Bouma staat het daarmee nog in de kinderschoenen. “Verwacht er voorlopig nog niet te veel van”, relativeert de gebiedsmanager.
Bouma is verantwoordelijk voor de commerciële activiteiten van Flora Holland in Afrika. Hij heeft de opdracht om kwekers daar aan de Nederlandse veiling te binden. Eerst was de veiling letterlijk van Nederlandse kwekers, nu bestaat een groot deel van de leden uit telers uit het buitenland. Bouma: ”De productie van rozen is de laatste jaren echt verschoven van Nederland naar Afrika. Dus wanneer je voor de klanten op de veiling een compleet aanbod wil hebben, dan kun je niet om Afrika heen.”
Hij ziet het voorlopig niet gebeuren dat kwekers de veiling overslaan. “Wij garanderen de leden betaling. Wanneer je het zelf regelt kun je naar je geld fluiten als een klant weigert te betalen.”
Peter Schrama van Flowerwings Cargo ziet in Kenia voorlopig weinig veranderen op logistiek gebied. Het bedrijf regelt luchttransport naar Europa voor bloemen. Schrama: “Je moet als teler met directe verkoop echt alles zelf doen. Je leeft in een markt waarin je dag in dag uit op zoek moet naar een afnemer. Dat is bijna niet te doen.” Volgens Schrama verandert er in de nabije toekomst in het transport van het Afrikaanse continent naar Europa.“De vliegvelden kunnen niet veel meer aan dan nu. Cynisch voegt hij er aan toe: “Volgens mij zijn ze niet van plan boten in te zetten.”
Rozen met een luchtje
De afgelopen jaren kwam de Afrikaanse bloemensector vaak negatief in het nieuws. Telers zouden misbruik maken van werknemers en milieureglementen aan hun laars lappen. Jack Kneppers ontkent niet dat er misstanden zijn, maar wijt het grotendeels aan een cultuurkloof. “In Kenia is het bijvoorbeeld erg gebruikelijk om mensen over korte afstanden met een vrachtwagen te vervoeren. Nou, dan ziet zo’n Nederlandse journalist dat en dan is het meteen veevervoer. Rozenteelt in Afrika en journalistiek, dat matcht niet.” Volgens Nathalie Haren van Both Ends kun je de wet naleven en nog mensen verkeerd behandelen. Ze volgde voor de ontwikkelingsorganisatie acht jaar lang de Afrikaanse bloemenindustrie. “Er zijn rozenbedrijven waar werknemers het Keniaanse minimumloon ontvangen. Dan hou je je als bedrijf in principe aan de wet, maar dat loon komt neer op één euro per dag, wat de VN ziet als totale armoede.” Both Ends steunt onder meer Fair Flowers Fair Plants (FFFP), een keurmerk voor bloementelers die produceren met aandacht voor milieubeheer en arbeidsomstandigheden. “Op de korte termijn kost het een bedrijf geld om zijn bedrijfsproces aan te passen, maar het betaalt zich terug doordat tevreden werknemers harder werken.” Een keurmerk vindt Kneppers onnodig. “Wij zijn voor 99,9 procent fairtrade. Alleen hebben we het stickertje niet. Je ziet het ook alleen in de supermarkten, een bloemist hoor je daar niet over.”
http://matthijsfinisht.wordpress.com/